Sterrenkunde.nl Sterrenkunde in Nederland
Sterrenkunde.nl wordt verzorgd door de JongerenWerkGroep voor Sterrenkunde
Maan
Huidige maanfase

Venus


De planeet Venus
De planeet Venus

De planeet Venus bevindt zich tussen de baan van Mercurius en de aarde. Doordat de planeet veel verder van de zon staat dan Mercurius, kun je Venus vaak goed zien. De grootste schijnbare afstand tot de zon bedraagt ongeveer 47 graden.

Wanneer de planeet zich vrij ver ten westen van de zon be vindt ( westelijke elongatie's ochtends vóór zonsopkomst waarnemen. We zeggen: Venus is zon, dan zal ze 's avonds zichtbaar zijn. Venus is dan avondster. De afstand van Venus tot de aarde is heel verschillend. Dat komt doordat beide planeten om de zon heen draaien. Venus zelf bevindt zich gemiddeld op een afstand van ruim 108 miljoen kilometer van de zon. Voor de aarde is dat al 150 miljoen kilometer. Wanneer de zon, Venus en de aarde op één lijn staan, is de afstand aarde - Venus het kleinst.

Deze afstand bedraagt dan slechts 42 miljoen kilometer.

Toch kunnen we Venus dan niet aan de hemel zien staan. De planeet staat immers in dezelfde richting als de zon. Deze positie noemen we conjuctie als de planeet achter de zon staat. Natuurlijk vanaf de aarde gezien. De afstand Venus - Aarde is dan het grootst. Namelijk ongeveer 258 miljoen kilometer. Ook nu is Venus vanaf de aarde niet te zien. De planeet bevindt zich ook nu in dezelfde richting aan de hemel als de zon.

Doordat de afstand tot Venus flink kan verschillen, ver schilt ook de schijnbare grootte van de planeet voortdurend.

De helderheid van de planeet vertoont echter minder grote verschillen. Dat lijkt misschien wat vreemd. Maar als Venus dicht bij de aarde staat, is het op het grootste deel van de planeet dat naar de aarde is toegekeerd nacht. Slechts een klein gedeelte wordt door de zon verlicht. We zien Venus door een kijker dan ook als een smalle sikkel. Wanneer de planeet bijna achter de zon staat wordt de planeet vanaf de aarde gezien bijna helemaal door de zon verlicht. Wel is de afstand tot de aarde nu erg groot en daardoor de schijnbare middellijn klein.

Tot zo'n vijftig jaar geleden dachten de sterrenkundigen dat de planeet Venus als een tweeling op de aarde leek.

Doorsnede van Venus
Doorsnede van de Venus

Grootte, massa en gemiddelde dichtheid van de planeet zijn ongeveer hetzelfde als van de aarde. Natuurlijk wist men wel dat het op Venus warmer moest zijn. Venus staat immers veel dichter bij de zon dan de aarde.

Indertijd wist men al dat de atmosfeer van Venus veel kool zuur bevatte. Men vermoedde dat er ook stikstof, waterdamp waterdamp en misschien ook wel zuurstof zou voorkomen.

veronderstelde men dat ze uit fijne waterdruppeltjes bestonden.

Bovendien meenden de sterrenkundigen uit de vage details in de atmosfeer af te kunnen leiden dat de planeet net als de aarde in ongeveer 24 uur om zijn as draaide. Je begrijpt dat al deze gegevens er toe leidden dat men dacht dat Venus een grote overeenkomst met de aarde zou vertonen.

Daar Venus is omgeven door een zeer dichte atmosfeer is het erg moeilijk de tijd te bepalen die de planeet nodig heeft om éénmaal rond zijn as te draaien. In 1897 beweerde de bekende sterrenkundige Barnard dat geen enkel hemellichaam zoveel problemen en twijfels opwierp bij de bepaling van de rotatietijd dan de planeet Venus. Die rotatietijd was inder daad eeuwenlang onzeker. Alle metingen bleven zonder succes omdat de benodigde nauwkeurigheid niet haalbaar was.

Omstreeks 1962 kreeg men voor het eerst een vermoeden dat de planeet veel langzamer rond zijn as draaide als de aarde. Dat gebeurde door metingen met behulp van radar. Radargolven gaan door de wolken heen en bereiken het planeetoppervlak zelf.

Bovendien werd met deze metingen vastgesteld dat de beweging Venus om zijn as retrograad is. Daarmee bedoelen we dat Venus tegen de wijzers van de klok in om zijn as draait.

Dankzij de ruimtevaart zijn we veel over de dampkring en het oppervlak van Venus te weten gekomen. De eerste succes volle Venussonde was de Mariner 2, die in 1962 de planeet op 35.000 km passeerde. Dit ruimtevoertuig toonde aan dat Venus 243 dagen nodig heeft om éénmaal om zijn as te draaien. Retrograad, dus tegen de wijzers van de klok in.

De zeer succesvolle Mariner 10, gelanceerd op 3 november 1973 leverde voor het eerst zeer gedetailleerde foto's van de wolkenpatronen hoog in de dampkring op. Het ruimte voertuig passeerde Venus op 5 februari 1974 op nauwelijks 5760 km afstand. Eerder werd reeds ontdekt dat de dampkring van de planeet in vier dagen tijd roteert. Dus veel sneller dan het oppervlak van de planeet.

Rusland (de toenmalige USSR) heeft een aantal keren gepro beerd een capsule op Venus te laten landen, en met succes.

Nadat de Venera-3 op 1 maart 1966 een harde landing had ge maakt, vond op 18 oktober 1967 met de Venera-4 de eerste zachte landing plaats. In de barre omstandigheden op het planeetoppervlak hielden die sondes het maar heel kort uit en er werd betrekkelijk weinig informatie verkregen. Een groot succes werd in oktober 1975 behaald, toen de Venera 9 en 10 de eerste foto's van het oppervlak overseinden.

Daarop zijn talloze stenen te zien.

Belangrijke metingen zijn ook gedaan met de Amerikaanse ruimtevoertuigen Pioneer Venus 1 en 2, die begin december 1978 bij de planeet aankwamen. Eén van de sondes werd in een baan om Venus gebracht. De andere bestond uit vier afzonderlijke capsules die de dampkring binnendrongen en veel informatie naar de aarde seinden. De afdaling naar de bodem duurde 1« uur. Na de landing bleef één sonde tegen de verwachting in nog meer dan een uur gegevens naar de aarde seinen. Daaruit bleek dat bij het neerkomen een grote stofwolk werd gevormd die vier minuten bleef hangen. Het moest dus zo goed als windstil zijn. De gemeten temperatuur bedroeg 482°C. Dat de temperatuur aan het oppervlak van de planeet erg hoog moest zijn wisten de sterrenkundigen al. Dat komt door het zogenaamde broeikaseffect. De zonnewarmte valt door het wolkendek op de planeet. Maar de warmte wordt door datzelfde wolkendek tegengehouden. Hetzelfde gebeurt in een broeikas. De zonnewarmte komt door het glas naar binnen. Eenmaal binnen zorgt het glas er voor dat de warmte niet meer kan ontsnappen. Op een warme zwoele zomer dag hebben we eigenlijk hetzelfde, alleen in veel mindere mate. De bewolking houdt dan de warmte vast. In plaats van broeikaseffect gebruiken de sterrenkundigen ook wel de naam atmosferisch effect. Deze benaming is eigenlijk veel beter.

Tijdens de afdaling van de Pioneer-sondes naar het Venus oppervlak zijn veel metingen verricht. Het eerste teken van de atmosfeer werd op een hoogte van 250 km aangetroffen.

Op een hoogte van zo'n 70 km blijkt een dichte «mist» van zwavel te hangen. De temperatuur is daar ongeveer 2°C. Deze mistlaag is één van de lagen die veel zonlicht weerkaatsen en ervoor zorgen dat Venus zo helder is. Iets lager, op zo'n 60 km hoogte, hangt een dichtere mistlaag. Deze bestaat uit zwavelzuur en zwaveldeeltjes. De temperatuur is er rond de 40°C. Na een wat dunnere laag volgt dan de dichtste laag tot dan toe. Daarin komen ook wolken voor. Deze wolken bevatten veel meer zwavel. De temperaturen zijn er ongeveer 80°C en de druk is er één atmosfeer. Dat komt overeen met de aardse druk op zeeniveau. Op een hoogte van 30 km boven het Venus oppervlak is de dampkring behoorlijk opgeklaard. Waarschijn lijk is het zicht er ook redelijk goed. Op het oppervlak tenslotte liggen de temperaturen rond de 480°C en bedraagt de druk 90 tot 100 atmosfeer! In de tweede helft van december 1978 landden twee Russische sondes op Venus, de Venera 12 op 21 december en de Venera 11 op 25 december. Ze werkten na de landing nog een tijdje (de één 1 uur en 50 minuten, de ander 35 minuten). Ze leverden geen foto's, maar deden wel de interessante ontdekking van onweer. Een ontlading vlak bij één van de sondes zorgde voor trillingen die een kwartier duurden. In 1981 zijn een aantal resultaten bekend gemaakt die door deze Venera's zijn uitgevoerd. Zo bleek dat het beneden een hoogte van tien kilometer zo goed als windstil is. Er komen zelden windsnel heden voor van meer dan 1 meter per seconde.

In de laag daarboven, van 10 tot 20 kilometer hoogte, neemt de windsnelheid toe tot ongeveer 40 meter per seconde.

Vervolgens is er een laag tot 40 km hoogte waar de snel heid constant 40 m/sec bedraagt. In de laag van 40 tot 45 km boven het planeetoppervlak neemt de snelheid opnieuw sterk toe: van 40 tot 100 meter/sec. Boven een hoogte van 45 km is de windsnelheid vrijwel constant 100 meter/sec.

In alle gevallen heeft de wind dezelfde richting als de rotatie van Venus. Dus van oost naar west. Vreemd is ook dat deze windsnelheden onwaarschijnlijk constant zijn. De grootste wisselingen zijn slechts 1 a 2 meter per seconde.

Wat een verschil met de wind hier op aarde waar het op dezelfde plaats soms stormt en het dan weer windstil is.

De atmosfeer van Venus bestaat vrijwel geheel uit koolzuur (namelijk voor 97%). Er komt ook een beetje stikstof (1 tot 3%) voor en wat waterdamp. Enkele andere gassen komen in nóg kleinere hoeveelheden voor.

Het heeft lang geduurd voordat men iets wist over de samen stelling van de wolken. De gele kleur van de wolkenlagen wees er op dat ze onmogelijk uit waterdruppeltjes konden bestaan. Waarschijnlijk bestaan ze uit waterdruppeltjes vermengd met erg veel zwavelzuur. De gele kleur wordt dan veroorzaakt door verontreinigingen. Deze bestaan waarschijn lijk ook weer uit verbindingen van zwavel.

We hebben al verteld dat er op Venus onweer voorkomt. Zowel de Amerikaanse Pioneer Venus als de Russische Venera's 11 en 12 ontdekten sterke bliksemontladingen. Er zijn op Venus voortdurend onweersbuien werkzaam. De beide Venera's vonden tijdens hun afdaling elektrische ontladingen in de wolken lagen tussen 50 en 70 km hoogte.

Ondanks alle gegevens die zijn verkregen is het erg moeilijk ons voor te stellen hoe het er op Venus uitziet. In ieder geval heel anders dan bij ons. Misschien is er maar drie kilometer zicht en het licht kan somber en roodachtig zijn door stof in de dampkring. In ieder geval is de hemel altijd zwaar bewolkt en is totaal niet te zien waar de zon staat. De sterren zullen nooit zichtbaar zijn.

Het oppervlak is waarschijnlijk bezaaid met stenen. Zwavel zuurdruppels in de wolken zorgen er voor dat het oppervlak snel verweert.

Met behulp van radarecho's is al sinds 1964 geprobeerd de planeet in kaart te brengen. De eerste radarkaarten van Venus zijn in 1968 gepubliceerd. Het Amerikaanse ruimte voertuig Pioneer Venus 1 had ook radar-apparatuur aan boord.

Dit ruimtevoertuig, dat in een baan om Venus is gebracht, heeft veel radarmetingen van Venus verricht.

Het oppervlak van Venus is erg ruw. Het interessantste is een kloofdal met een lengte van ongeveer 1500 kilometer, een breedte van 150 kilometer en een diepte van soms wel 2 kilometer. Met de radar zijn ook veel kraters ontdekt met een middellijn van dertig tot enkele honderden kilometers.

Ook is een groot vulkanisch gebied ontdekt met een middel lijn van 400 km en een hoogte van tenminste één km. Op zijn top lijkt een krater te liggen met een doorsnede van 80 km.

Het grootste hoogland op Venus wordt Aphrodite Terra genoemd.

Zuidoostelijk ervan liggen steile kloven en diepe dalen over vele honderden kilometers. Een ander hoogland is Ishar Terra, dat zeer ver naar het noorden ligt en ongeveer zo groot is als ons werelddeel Europa.

Alles bij elkaar is Venus een zeer onherbergzame wereld die totaal niet lijkt op de ideeën die men vroeger over deze planeet had.

We willen dit verhaal over Venus afsluiten met de opmerking dat Venus in zijn baan rond de zon ook precies tussen de zon en de aarde kan staan. Staan de drie hemellichamen precies op één lijn dan zien we vanaf de aarde Venus over de zonneschijf trekken. Dit verschijnsel noemen we een Venusovergang. Het is een uiterst zeldzaam verschijnsel.

Dat blijkt wel uit het lijstje hieronder waarin je alle Venusovergangen tussen de jaren 1600 en 2200 ziet:


6 december 1631            6 december 1882

4 december 1639            8 juni     2004

6 juni     1761            6 juni     2012

3 juni     1769           11 december 2117

9 december 1874            8 december 2125

Hieronder vind je een aantal numerieke gegevens over de planeet Venus. Tenslotte zetten we nog eens op een rijtje welke ruimtevoertuigen Venus bezocht hebben.


gemiddelde afstand tot de zon: 0,7233 AE (108,209 milj. km)
kleinste afstand tot de zon: 0,7184 AE (107,486 milj. km)
grootste afstand tot de zon: 0,7282 AE (108,907 milj. km)
siderische omlooptijd: 0,6152104 jaar
synodische periode: 583,921 dagen
baansnelheid: 35,021 km/sec
equatoriale middellijn: 12.102,8 km
afplatting: 0
siderische rotatieduur: 243 dg 00 uur 26 min en 38 sec
massa: 0,8149981 (aarde = 1)
gemiddelde dichtheid: 5,245 gram per kubieke cm
zwaartekracht aan het oppervlak: 0,90695 (aarde = 1)
gemiddelde temperatuur: 729 K (456°C)
albedo: 76%
absolute magnitude -4,29

De siderische omlooptijd is de tijd waarin de planeet de gehele dierenriem doorloopt en op dezelfde plaats terugkomt ten opzichte van dezelfde ster, gezien vanaf de zon.

De synodische periode is de tijdsduur die een planeet nodig heeft om, gezien vanaf de aarde, weer dezelfde positie ten opzichte van de zon in te nemen.

De siderische rotatieduur van de planeet is de tijd waarin de planeet éénmaal om haar as draait ten opzichte van de sterren.

De abslute magnitude van een planeet is de helderheid van de planeet als zij op één astronomische eenheid (AE) van de zon en tegelijk op één astronomische eenheid van de waarnemer staat.

Aankomst Toestel Bijzonderheid
19 mei 1961 Venera 1 passage op 100.000 km; contact werd verbroken op 7 miljoen km van de aarde
14 dec 1962 Mariner 2 passage op 35.000 km; gegevens doorgeseind
27 feb 1966 Venera 2 passage op 24.000 km afstand; daarna in baan om zon; geen gegevens over Venus doorgeseind
1 mrt 1966 Venera 3 eerste (harde) landing op Venus; geen gegevens doorgeseind
18 okt 1967 Venera 4 gegevens doorgeseind tijdens 94 min. durende afdaling in de atmosfeer
19 okt 1967 Mariner 5 passage op 3990 km afstand; gegevens doorgeseind
16 mei 1969 Venera 5 afdaling in de dampkring; gegevens doorgeseind
17 mei 1969 Venera 6 afdaling in de dampkring; gegevens doorgeseind; zachte landing mislukt
15 dec 1970 Venera 7 zachte landing; 23 min. lang gegevens doorgeseind vanaf het Venusoppervlak
22 jul 1972 Venera 8 zachte landing; 50 min. lang gegevens doorgeseind vanaf het Venusoppervlak
5 feb 1974 Mariner 10 passage op 5760 km afstand tijdens vlucht naar Mercurius; foto's van bovenste wolkenlagen en andere ge ONTBREKENDE TEKST
22 okt 1975 Venera 9 zachte landing; 53 min. lang gegevens doorgeseind vanaf het oppervlak; eerste tv-beelden
25 okt 1975 Venera 10 zachte landing; 65 min. lang gegevens doorgeseind vanaf het oppervlak; tevens één foto
4 dec 1978 Pioneer Venus 1 in baan rond Venus met laagste punt op 145 km hoogte; veel waardevolle gegevens
9 dec 1978 Pioneer Venus 2 meervoudige sonde met 4 landingen op Venus; veel waardevolle gegevens
21 dec 1978 Venera 12 zachte landing; werkte nog 110 min vanaf Venus-oppervlak
25 dec 1978 Venera 11 zachte landing; werkte nog 95 min vanaf Venus-oppervlak
1 mrt 1982 Venera 13 zachte landing; gegevens over atmosfeer en oppervlak (127 min); één foto
5 mrt 1982 Venera 14 zachte landing; gegevens over atmosfeer en oppervlak (57 min); enkele kleurenfoto's
10 okt 1983 Venera 15 in baan om Venus; radarbeelden van het oppervlak van Venus
14 okt 1983 Venera 16 in baan om Venus; radarbeelden van het oppervlak van Venus
11 jun 1985 Vega 1 op weg naar komeet Halley
15 jun 1985 Vega 2 op weg naar komeet Halley
10 aug 1990 Magellan bracht planeet met radar in kaart

Terug naar de woordenlijst

...
Partnersites
De Jongenenwerkgroep voor Sterrenkunde. Vereniging voor 8 t/m 20 jarige met sterrenkunde als hobby.
Sterrenkijker.nl geeft informatie over sterrenkijker, telescopen, verrekijkers, enz.
Informatie over alle sterrenbeelden.
Pagina over deepskyobjecten
Prachtige site over zonsverduisteringen
De Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Weer- en Sterrenkunde. Al meer dan 100 jaar het centrum voor amateursterrenkunde.
Www.astronomie.nl. Verzorgd door de Nederlandse Onderzoeksschool voor Astronomie
Stichting UniVersum is een stichting ter promotie van de (amateur)sterrenkunde. Zij is o.a. uitgeefster van veel sterrenkundig materiaal
Zenit is het sterrenkundig tijdschrift voor de amateurastronoom
Veel sterrenkundige nieuwtjes vind je hier.
Veel sterrenkundige info.
Universiteit Utrecht, faculteit Natuur & Sterrenkunde Valid XHTML 1.0! Valid CSS!