AGENDA 2008/2009

Op de laatste zaterdag van de maanden januari, februari, maart, april, september, oktober en november worden de afdelingsbijeenkomsten georganiseerd.

Plaats : Oranje Hotel,

Leeuwarden

Tijd : doorgaans 14:00 uur – 17:00 uur

25 oktober 2008

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 14:00 uur

Voorprogramma

Bijzondere hemelverschijnselen

Klaas-Jan Mook

Hoofdlezing

Mensen naar de planeet Mars

Artemis Westenberg

Er is wellicht niemand in Nederland die beter over dit onderwerp kan vertellen dan Artemis Westenberg. Artemis studeerde geschiedenis in Leiden en bekwaamde zich daarna in professioneel lobbywerk. Sinds 2000 combineert zij die ervaring met haar passie voor ruimtevaart in de functie van woordvoerster van de Mars Society Nederland.

Mars staat in de belangstelling als nooit te voren. Twee Amerikaanse rovers, Spirit en Opportunity doen met ijzeren uithoudingsvermogen de ene ontdekking na de andere. De Europese satelliet Mars Express bekijkt, samen met een aantal Amerikaanse collega’s, de planeet vanuit de ruimte. En sinds 25 mei staat de Phoenixlander op de Noordpool van Mars op zoek naar bevroren water.

En zowel het Amerikaanse als het Europese ruimtevaartprogramma heeft een bemande expeditie als ultiem doel gesteld.

Daarnaast zal de ESA samen met de Russen langdurige marssimulaties gaan houden van 100 en 500 dagen vanaf 2009 om te testen of mensen de druk aan kunnen van zolang van Aarde weg kunne, een experiment dat bekend staat als Mars500.

Dat er grote hoeveelheden water op Mars voorkomen is inmiddels aangetoond. Maar het blijft een open vraag of er leven is, of ooit was, of zal kunnen zijn, op de Rode Planeet. Voor het beantwoorden van die vraag is het sturen van menselijke onderzoekers onontbeerlijk.

Wat de Mars Society betreft hoeven we geen decennia op die eerste interplanetaire expeditie te wachten. Net als bij succesvolle ontdekkingsreizen uit het verleden loont het ook in de ruimtevaart om licht te reizen en te leven van het land. Binnen tien jaar kunnen de eerste mensen

met hun soepblikvormige habitat op Mars landen en daar hun eigen brandstof, water en zuurstof winnen en voedsel verbouwen.

De Mars Society doet zelf onderzoek om dat moment te bespoedigen. In twee Mars Analogue Research Stations, in Noord-Canada en Utah, experimenteren wetenschappers met technieken om op Mars te leven en werken. Een derde station, EuroMARS, is gepland bij de Krafla-vulkaan op IJsland.

In de zomer 2007 vond er in de Canadese Poolcirkel een 100 dagen durende strenge ‘mars-simulatie’ plaats met een bemanning van 7. Artemis was voor deze missie zowel CapCom als logistiek manager en werkt nu mee aan het boek dat de bemanning schrijft over zijn belevingen.

29 november 2008

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 13:30 uur

Voorprogramma

Bijzondere Ledenvergadering

-in verband met voorstel naamsverandering KNVWS afdeling Friesland-

Hoofdlezing

Neutronensterren en Zwarte Gaten

Peter Jonker

Peter Jonker werkt als wetenschapper bij SRON (Stichting RuimteOnderzoek Nederland) in Utrecht en is verbonden aan het Harvard-Smithsonian Center for Astrophysics in Boston. Het doel van zijn onderzoek is het testen van Einsteins Relativiteitstheorie in omstandigheden die niet gemaakt kunnen worden in laboratoria op aarde.

Zeer zware sterren leven “slechts” enkele tientallen miljoenen jaren (terwijl een ster als de zon ongeveer 10 miljard jaar leeft). Aan het eind van het bestaan van een zware ster vindt een supernova explosie plaats, waarna een zwart gat of een neutronenster overblijft. In vogelvlucht neem ik u mee door ons eigen melkwegstelsel op zoek naar deze neutronen sterren en zwarte gaten. Wat zijn het, hoe vinden we ze in ons eigen melkwegstelsel? Neutronensterren en

zwarte gaten zijn uitstekende objecten om extreme omstandigheden te bestuderen. Het feit dat de enorme massa van een zwart gat of een neutronenster samengeperst zit in een klein gebied zorgt bijvoorbeeld voor een veel sterkere kromming van ruimte-tijd dan op aarde in laboratoria nagebootst kan worden.

31 januari 2009

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 14:00 uur

Voorprogramma

De Nebra Schijf

Henk Nieuwenhuis

Hoofdlezing

Supernova’s

Edwin Mathlener

Edwin Mathlener studeerde sterrenkunde in Utrecht van 1982 tot 1988. Kort daarna is hij bij de wetenschappelijke uitgeverij Elsevier gaan werken. Tegenwoordig is hij daar o.a. betrokken bij de ontwikkeling en invoering van on-line redactiesystemen. In de amateur-sterrenkunde is hij actief als redacteur van Zenit, als medesamensteller van de jaargids Sterren & Planeten, als vrijwillig medewerker bij Museum Sterrenwacht Sonnenborgh, en met het verzorgen van voordrachten over tal van onderwerpen. Bij onze vereniging is hij inmiddels een gewaardeerde spreker met uitstekende voordrachten in het verleden, zoals afgelopen seizoen over sterevolutie.

Op het eerste gezicht ziet de sterrenhemel er onveranderlijk uit, dit in tegenstelling tot onze eigen wereld. Maar al in het verre verleden zagen astronomen soms plotseling een ster opvlammen, een nieuwe ster of “nova”, die het ideale beeld van de hemel verstoorde. Nu weten we dat sterren reusachtige gasbollen zijn, die in hun binnenste energie opwekken door kernfusiereacties. Het grootste deel van hun leven verbranden sterren waterstof en veranderen ze uiterlijk niet zo veel. Dat verandert echter drastisch als de waterstof in de kern opraakt en een ster andere energiebronnen moet aanboren. Een ster zwelt dan op tot rode reus of rode superreus. De lichtere rode reuzen (tot ca. 8 zonsmassa’s) verliezen in die tijd veel massa en zullen eindigen als witte dwergster. De zwaardere rode superreuzen zullen uiteindelijk als “supernova” exploderen waarbij een neutronenster of zwart gat kan ontstaan.

Tot 1987 hadden we nog nooit een supernova gezien voordat deze tot ontploffing kwam. Maar op 24 februari 1987 werd de sterrenkundige wereld verrast door een heldere supernova in de Grote Magelhaense Wolk. Deze ster was al eerder bestudeerd en bleek vreemd genoeg een blauwe superreus te zijn geweest. Juist vanwege dit afwijkende gedrag weten we nu veel meer Supernovae. Sinds enkele jaren wordt er gespeculeerd over een nieuwe klasse van

zeer heldere supernovae, de hypernovae. Deze zijn waarschijnlijk de verklaring voor de zogenaamde gammabursters.

28 februari 2009

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 13:30 uur

Voorprogramma

Algemene Ledenvergadering

Hoofdlezing

Zwaartekracht: Einstein in het Heelal

Hans van der Meer

Drs. Hans van der Meer (Leeuwarden, 1960) studeerde theoretische sterrenkunde aan de Universiteit van Utrecht. Na zijn afstuderen in 1984 is hij bij een grote oliemaatschappij gaan werken. In 1997 was hij een van de medeoprichters van de Ras al Hamra Astronomical Society in Oman, waar hij diverse lezingen over sterrenkunde verzorgde. Tegenwoordig geeft hij lezingen in het land. De laatste jaren is hij regelmatig op reis om zonsverduisteringen te observeren (Spanje 2005, Egypte 2006, China 2008) en doet daarvan verslag op www.astronomeer.com.

In de 19e eeuw behaalde de hemelmechanica, gebaseerd op de zwaartekrachtsleer van Isaac Newton, een aantal grote successen, waaronder het terugvinden van Ceres in december 1801 en de ontdekking van Neptunus in 1846. Aan het begin van de 20e eeuw publiceerde Albert Einstein een nieuwe gravitatietheorie. Deze theorie verklaarde de periheliumbeweging van Mercurius en voorspelde de juiste afbuiging van sterlicht tijdens een totale zonsverduistering. Deze lezing vertelt iets over de historie van de zwaartekrachtstheorie, iets over Einstein en zijn algemene relativiteitstheorie, en behandeld vervolgens vele sterrenkundige aspecten, zowel instrumenten en waarnemingen. De natuurkundige behandeling van de theorie valt buiten het bestek van deze lezing. Onderwerpen die aan bod komen zijn o.a. planeet- en dubbelpulsar banen, de invloed van zwaartekracht op tijd, de afbuiging van licht onder invloed van zwaartekracht, en hoe hiermee exo-planeten ontdekt kunnen worden. Ook wordt er kort ingegaan op recente experimenten, zowel op land als in de ruimte, die bedoeld zijn om exotische effecten als frame-dragging en gravitatiestraling waar te nemen.

28 maart 2009

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 14:00 uur

Voorprogramma

Nader te bepalen

Waarschijnlijk door Dick de Vroet

Hoofdlezing

Leven? in de Ruimte

Wim Zanstra

Na een natuurkundestudie aan de Universiteit van Groningen is Wim Zanstra begonnen met het geven van privé-lessen in de exacte vakken. Na een muzikale periode kwam hij in aanraking met het slijpen van telescoopspiegels, wat automatisch leidde naar de sterrenkunde. De Landelijke Sterrenkijkdagen gaven in 1978 de impuls tot de oprichting van de (nu) Stichting Weer- en Sterrenkunde Eemsmond, waar hij nog steeds de voorzitter van mag zijn. Hiernaast werd veel ervaring opgedaan in een aantal landelijke bestuursfuncties in het hoofdbestuur van de KNVWS en de besturen van de werkgroepen sterbedekkingen en kometen. In de sterrenkunde houdt hij zich voornamelijk bezig met het gedrag van de zon en diens invloed op de aarde, met de kometen, sterbedekkingen en (zijdelings) met de radiometeoren. Momenteel doet men pogingen om het wichelroede lopen een wetenschappelijke basis te geven.

In de presentatie wordt een ruimtewandeling langs diverse sterrenkundige attracties gecombineerd met een zoektocht naar (intelligent?) leven in het heelal. De nieuwsgierige mensheid vraagt zich immers af of de aarde de enige plaats in de immens grote ruimte is waar leven voorkomt. Dat zou wel heel uitzonderlijk zijn. Uitgaande van de kennis over het leven en de voorwaarden waaraan het bestaan van leven op de aarde voldoet, wordt de zoektocht begonnen. Langzaam ontstaat daarbij een indruk van de grote problemen die op ons afkomen bij het vinden van soortgenoten.

Dicht bij huis in ons eigen zonnestelsel zijn mogelijk enkele kandidaten waar misschien een primitieve vorm van leven bestaat of heeft bestaan. We noemen bijvoorbeeld de planeet Mars

Regelmatig worden de laatste jaren sinds 1995 planeten bij andere sterren dan de zon ontdekt. Momenteel zijn dat intussen al 306, waar kan misschien wel eens hetzelfde gebeurd kan zijn als op de aarde. En dan te bedenken dat er zich alleen al in ons eigen melkwegstelsel miljarden sterren bevinden en dat het heelal op zijn beurt weer gevuld met miljarden melkwegstelsels. Kan de aarde daarin nog een unieke plaats innemen?

25 april 2009

Eden Oranjehotel Leeuwarden

Leeuwarden

Aanvang: 14:00 uur

Voorprogramma

De dwergplaneet Pluto

Klaas-Jan Mook

Hoofdlezing

Lord Rosse III en zijn reuzentelescoop

Peter Louwman

Peter Louwman (1935) bedrijft de amateur-astronomen als hobby al sinds zijn prille jeugd. Het oudst tastbare aandenken dat hij heeft is een brief uit 1948 van het Zeiss Planetarium van de Haagsche Courant in Den Haag, waarin allerlei antwoorden staan, die hij gevraagd had. In 1951 werd hij lid van de NVWS.

De Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Weer- en Sterrenkunde heeft hem in 2006 benoemd tot erelid. Ook is de Dr. J.v.d.Biltprijs aan hem toegekend. Tenslotte is door de Internationale Astronomische Unie in 2000 een planetoïde (nr. 9697) officieel vernoemd naar Peter Louwman.

Momenteel is Peter druk bezig met de voorbereidingen voor de viering van het feit dat het dit jaar precies 400 jaar geleden is dat de telescoop is uitgevonden in Middelburg. In meerdere musea zullen tentoonstellingen komen met oude telescopen. Ook zijn er in september en oktober enkele symposia georganiseerd.

William Parsons, of ook wel: “The Third Earl of Rosse”, of kortweg: Lord Rosse (1800-1867), ontwierp en bouwde zelf zijn grote telescopen en hij deed daarmee belangwekkende waarnemingen. De grootste telescoop, die Lord Rosse gebouwd heeft, was meer den 70 jaar lang de grootste ter wereld. Deze telescoop stond op zijn landgoed vlakbij het dorpje Parsonstown (tegenwoordig: Birr), in het midden van Ierland. Van heinde en verre reisden belangrijke persoonlijkheden helemaal naar Parsonstown toe om dit enorm grote instrument met eigen ogen te kunnen aanschouwen en om er, samen met Lord Rosse, doorheen te kunnen kijken.

Wat ons als amateur-sterrenkundigen erg sterk aanspreekt bij iemand als Lord Rosse is dat hij – net als wij – een echte amateur was. Hij was namelijk niet verbonden aan één of ander onderzoekscentrum of universiteit. De bouw van zijn grote telescopen en het sterrenkundig onderzoek dat hij daarmee verrichtte, was puur een eigen initiatief en hij bekostigde alles zelf geheel uit eigen zak.

Peter Louwman zal aan de hand van een diavoorstelling de constructie bespreken van de indrukwekkende telescopen van Lord Rosse. Verder zal hij vertellen welke sterrenkundige ontdekkingen Lord Rosse hiermee gedaan heeft.